Het woord aan Luc Lion, PR-directeur Citroën Belux


Het woord aan Luc Lion, PR-directeur Citroën Belux

De redactie van het Citroën-Forum is onlangs aan het IJzerplein in Brussel ontvangen door Luc Lion, directeur communicatie en public relations van Citroën Belux. Hij heeft ons laten delen in meer dan 40 jaar Citroën-ervaring.

Citroën Belux is voortgekomen uit de Société Belge des Automobiles Citroën, opgericht in 1924. Met gepaste trots vermeldt Luc dat dit de oudste buitenlandse dochteronderneming van Citroën is. Zelf is Luc in 1970 begonnen, in de verkoopdienst. Dat jaar bracht twee nieuwe Citroëns: de GS en de SM. De GS als democratische versie van de DS, compleet met hydrauliek, sloeg goed aan bij het publiek. De SM was een zo bijzondere auto dat heel Brussel hem wilde komen zien en de toonzaal zwart zag van het volk.

Luc heeft dus goede herinneringen aan zijn begintijd bij Citroën, maar nostalgisch is hij zeker niet! Daarvoor herinnert hij zich ook nog maar al te goed dat het modellenpalet van Citroën in zijn beginjaren niet erg gevuld was. Tussen de A-types, de GS, de DS en de SM zaten té grote gaten en dus was het moeilijk om klanten vast te houden. In de jaren daarna kwamen er ook auto’s die niet zo gemakkelijk te verkopen waren, zoals bijvoorbeeld de Visa. Nu is dat heel anders, vindt Luc: “Er is een complete C-reeks, een DS-reeks en er zijn praktische auto’s zoals de Berlingo en de Nemo. Hoe de mogelijkheden en de behoeften van onze klanten ook veranderen, hoe de gezinssituatie zich ook ontwikkelt, we kunnen iedereen een passende Citroën aanbieden!” Het onderhouden van een compleet gamma betekent onder meer dat nu ongeveer 3 nieuwe modellen per jaar worden voorgesteld, terwijl die frequentie in de jaren ‘70 bij 1 nieuw model per 7 à 8 jaar lag. Gelukkig worden al deze inspanningen ook met resultaten bekroond: “In de jaren ‘70 verkochten wij in België en Luxemburg ongeveer 28.000 auto’s per jaar en hadden wij een marktaandeel van 5%. Nu verkopen wij er 65.000 per jaar en is ons marktaandeel 10%.”

Tijdens zijn loopbaan heeft Citroën zich op alle gebieden sterk ontwikkeld, vindt Luc. “André Citroën was een voorloper op het vlak van design, reclame en competitie. Die waarden zijn behouden en in de laatste jaren zelfs versterkt.” Volgens Luc speelt design een belangrijke rol in het nieuwe élan van Citroën. “Sinds 1999 heeft Jean-Pierre Ploué als hoofd van het Ontwerpbureau getoond dat hij Citroën heel goed begrepen heeft. Hij en zijn team hebben niet alleen de C3, de C4 en de facelift van de C5 op hun naam staan, maar ook de DS3 en spectaculaire studiemodellen zoals de GT. Dat hij in 2009 directeur design geworden is van de PSA-groep is goed nieuws, want alleen als het PSA goed gaat, gaat het ook Citroën goed. Zijn plaats bij Citroën is ingenomen door Thierry Métroz, met wie Ploué al in de vroege jaren ‘90 aan de Renault Twingo heeft gewerkt. Het feit dat zij elkaar zo goed kennen, betekent voor ons dat de jongste Citroën-modellen zoals de nieuwe C5, de DS4 en de DS5 een logisch vervolg zijn op de vernieuwingen die rond 1999 begonnen. We hebben een mooi gamma en zowel de pers als het grote publiek is weer oprecht nieuwsgierig wanneer Citroën een nieuw model lanceert.”

Niet alleen Citroën heeft zich in de afgelopen veertig jaar ontwikkeld, de Citroën-rijder heeft dat ook gedaan. In Luc’s beginjaren gaf het commerciële team zich veel moeite om potentiële kopers te informeren over de auto’s en hen over te halen om een proefrit te maken. Tegenwoordig speelt een groot deel van de informatieverstrekking zich op internet af, hetgeen betekent dat klanten met veel meer kennis de toonzaal instappen. Dat zij soms niet eens meer een proefrit willen maken, blijft Luc verbazen: “Een auto is toch voor velen van ons na ons huis nog altijd onze grootste uitgave!”

Die klanten vertonen in het gehele gebied van Citroën Belux een gelijkaardig koopgedrag. Ook al worden de tegenstellingen tussen Vlamingen en Walen steeds meer benadrukt, wanneer zij auto’s kopen, spelen die verschillen geen rol. Zij kopen dezelfde modellen, motoren en uitrustingsniveaus. Eén verschil is er toch: waar 80% van de Belgen voor een dieselmotor kiest, hebben veel Luxemburgers een voorkeur voor relatief zware benzinemotoren. Omdat de overeenkomsten veel belangrijker zijn dan de verschillen, zijn de marketing-campagnes in heel België en Luxemburg gelijk. Het publiciteitsmateriaal daarvoor wordt door Citroën Belux zelf ontwikkeld, want: “Teksten uit Nederland hebben in Vlaanderen niet altijd het gewenste effect.”

Hoewel het huidige gamma en de communicatie daarover veel aandacht opeisen, vergeet Citroën Belux de liefhebbers van historische Citroëns zeker niet. Wat blijkt, Luc Lion is zelf de initiatiefnemer geweest voor de oprichting van de Amicale van Belgische Citroën Clubs! Daarin zijn tien Citroën- en Panhard-clubs vertegenwoordigd, die eens per vier à vijf weken bijeenkomen en volgens Luc op een voorbeeldige manier samenwerken. Misschien is Luc toch niet helemaal vrij van nostalgie? Maar hoe kan dat ook anders voor iemand die de Dyane, de GS, de DS en de SM als nieuwe auto’s heeft mogen verkopen?

Wil je reagaren op dit artikel? Dat kan hier in het subforum Citroën-Nieuws.

tekst: RensKorevaar, foto: Automobiles Citroën

© Citroën-Forum 2003 - 2024 | adverteren
Facebook