GS Birotor gesmokkeld


GS Birotor gesmokkeld

De haalverhalen van Visa GTI 115 lezen als een jongensboek. Welke kwajongensstreken heeft hij met zijn vrienden moeten uithalen om de eerste GS Birotor van Nederland naar hier te halen? Deze keer is er niemand gearresteerd, niet in de laatste plaats doordat deze vos steeds sluwer werd... Opnieuw een spannend haalverhaal, en wat nog spannender is: wie weet waar deze Birotor gebleven is?

Aangestoken door het rotatie-virus zou ik op zoek gaan naar de in de verzameling nog ontbrekende GS Birotor. Het viel in die tijd, we schrijven eind jaren ’70, niet echt mee om er achter te komen waar men in Frankrijk nu van zo’n GS afwilde. Het jarenlange abonnement op het Franse blad La Vie de L’Auto bracht ook nu voor de zoveelste keer uitkomst. Maandenlang werd het blad door mij gespeld, totdat mijn oog op de volgende tekst viel:

“Te Koop: Citroën GS Birotor 1974, z.g.s., 15.000 km org., 1e eig., rijdende staat, geen Carte Grise, alleen voor collectie of automuseum vr.pr. FF 5000.-”

“Dit lijkt te mooi om waar te zijn”, zegt dit zondagskind tegen zichzelf. Na ruggespraak met mijn vriend André pakken we terstond de telefoon en claimen direct deze GS. Een alleraardigste eigenaar, een arts, zegt dat hij vlak bij Nantes woont en geeft ons zijn adres.

Dan gaat de verbeelding spreken. De Franse ‘zeer goede staat’ is heel anders dan de onze en de kilometerstand! Hoe is het mogelijk? Ook nog eerste eigenaar, rijdende staat, zou er echt alleen maar benzine in moeten?? Maar in Frankrijk is ‘te duwen’ ook rijdende staat… Carte Grise? Haha! Die hebben wij al van een Nederlandse GS afgehaald. Collectie en automuseum, dat zijn we zelf en de prijs is een lachertje; dat doen we uit de fooienpot, en daar lullen we nog wel wat van af.

We prikken een datum. We willen reizen met een CX 25 D, snel en zuinig, maar moet daar nu wel of geen platte wagen achter? Direct gaan onze gedachte weer uit naar het arrestantenverblijf aan de grens, daar hebben we helemaal geen zin in. Die GS op een platte wagen, dat valt op en dan weer die toestand bij de douane met een auto zonder kenteken…

We bellen naar Frankrijk en maken een definitieve afspraak en vragen tot in de treure wat hij nu met rijdbare staat bedoeld, is hij echt rijdbaar? “Ja ja”, zegt hij, “maar je mag er niet mee rijden, want er is geen Carte Grise en dus ook geen verzekering”. We gaan gokken: rijdend ophalen. We zien wel, en ook dat gedoe aan de grens omzeilen we zo. Inmiddels hebben we een studie gemaakt van stille, vreemd liggende grensposten. Daar gaan we nu gebruik van maken.

***

Het is zover… Drie uur ‘s nachts vertrekken we uit Maarssen en de reis met zo’n CX 25 D gaat heel erg vlot, zo vlot dat we al om elf uur vlak bij Nantes op de plaats van bestemming zijn. De eigenaar rijdt ons voor en we komen aan bij een groot gebouw vol met oude auto’s en inderdaad: een haast nieuwe GS Birotor staat reeds vlak bij de uitgang. De motor wordt gestart en we maken een proefrit. Alles OK, alleen een lekje in de uitlaat, maar dat mag van ons. We weten er nog FF 500,- af te praten en dan vraagt de eigenaar wanneer we hem komen ophalen. Waarop wij zeggen “NU!”

Hij is verbaasd als we uit de koffer van de CX 2 nummerborden, een boormachine en popnagels plus tang halen en we de GS aankleden met een nieuw nummer. We maken hem wijs dat dat een speciaal garagenummer is inclusief verzekering en dat we daarmee mogen rijden. Je ziet aan hem dat hij die Hollanders ineens geweldig vindt, terwijl wij dachten: “Als we eerst maar weg zijn!”

We betalen en nemen afscheid, gaan ergens tanken en rijden in alle rust naar het noorden. We hebben niet meer zo’n haast, want het ligt in de bedoeling de grens ‘s nachts te passeren. Eerst maar eens lekker eten, maar door de lekke uitlaat komt bij de nieuwe chauffeur/eigenaar van de GS Birotor ook het gevoel van hoofdpijn opzetten. Dan maar verder rijden met iets geopende ramen in de overigens voortreffelijk rijdende GS.

Het is tegen twee uur in de nacht als we in Bethune de laatste briefing houden. Met een verschil van tien minuten gaan we verder via Bailleul en de D23 naar Loker. Hier liggen de Franse en Belgische grenspost een paar kilometer uit elkaar, die Fransen zijn er niet in de nacht en in Loker ligt de grens midden in het dorp. Je komt aanrijden bij de slagboom; die staat open en de rode lamp brandt, maar op dat uur en moment zit de douanier te pitten achter zijn bureau… Tegen de tijd dat hij wat hoort en opstaat scheur je bij een echt vreselijk onoverzichtelijke kruising direct linksaf en niemand die je dan nog kan zien.

Als je dan met de CX tien minuten later aankomt en je de GS niet ziet staan en ook niemand om zijn moeder hoort schreeuwen, wens jij de douanier nog een prettige nacht. We hebben afgesproken bij het station in Ieper en nadat André al het zweet van zijn hoofd heeft verwijderd, vervolgen we opgelucht onze reis naar huis, waar we vroeg in de ochtend aankomen. Daar is reeds plaats gemaakt om deze eerste in Nederland zijnde Citroën GS Birotor er als nummer 10 in de verzameling bij te zetten.

***

Ook met deze GS Birotor is lange tijd gereden, totdat van de motor een rotor de rotorkamer zover had uitgegraven dat het olie- en benzineverbruik nagenoeg gelijk waren. In Parijs is toen een hagelnieuwe motor besteld, die ook daadwerkelijk enige tijd later tot ieders verbazing is geleverd. Het is er echter nooit van gekomen om deze motor in te bouwen.

Omdat deze GS maar zo weinig kilometers op de teller had staan, kreeg de Franse eigenaar overigens een groot deel van de toen torenhoge aanschafprijs terug tegen inlevering van de papieren en het tekenen van een papier waarmee elke aanspraak ten aanzien van Citroën verviel.

Als iemand in dit verhaal de achtergrond van zijn of haar GS Birotor herkent en weet waar deze Birotor is gebleven, mag diegene contact opnemen met de redactie. Krijgt dit relaas een vervolg…?

Tekst: Visa GTI 115, redactie: Penny Lane, foto: Citroën.com

Reageren, of de huidige standplaats van de auto melden, mag hier.

© Citroën-Forum 2003 - 2024 | adverteren
Facebook